Antibioticaresistentie: werk aan de winkel!

Verpleeghuizen zijn risicovolle plaatsen voor het ontstaan en verspreiden van bacteriën die resistent zijn tegen verschillende soorten antibiotica (BRMO’s). Hoe is de praktijk in verpleeghuizen? Zorg voor Beter vroeg het begin januari 2016 aan de bezoekers. In totaal vulden 151 bezoekers een korte enquête met vier vragen in. Charlotte Michels, deskundige infectiepreventie (CareB4), trekt de conclusies naar aanleiding van de resultaten.

Onderaan de pagina staan de volledige resultaten van de enquête.

71% heeft te maken gehad met BRMO-maatregelen

71% geeft aan dat ze het afgelopen jaar te maken gehad hebben met extra BRMO-maatregelen. Als we weten dat inmiddels misschien wel een kleine 10% drager is van één van de BRMO’s, zou je verwachten dat dit percentage hoger is. Maar we weten natuurlijk lang niet altijd wie drager is en wie niet. Je komt er alleen achter door te kweken. Dat doen we in de verpleeghuizen nog niet al te veel, dus zijn ook hier bewoners aanwezig die misschien wel drager zijn, maar waarvan het niet bekend is. Hiervoor zou bij infectieproblemen vaker een kweek afgenomen moeten worden.

Lang niet alle verpleeghuizen hebben eigen BRMO-protocol

Van de geënqueteerden zegt 63% dat de landelijke BRMO-richtlijn vertaald is in een eigen BRMO-protocol. 18% zegt dat dat niet het geval is en de laatste 18% weet het niet. Het is positief dat in ieder geval al 63% dus weet dat er een dergelijk protocol is en – hopelijk – ook gebruikt. Minder positief is de resterende 36%. Want zeg nou eerlijk, een ‘Ik weet het niet’ geeft weinig hoop op de aanwezigheid van een eigen BRMO-protocol en het daadwerkelijke gebruik ervan in de praktijk. Hiermee loopt men een groot risico dat de BRMO’s zich verder verspreiden binnen de instelling, en bijvoorbeeld ook meenemen naar ziekenhuizen, met alle gevolgen van dien. Lees meer over de BRMO-richtlijn en isolatiemaatregelen op Zorg voor Beter.

Een derde: isolatiemaatregelen in strijd met huiselijke sfeer

Helaas vindt 34% van de geënqueteerden isolatiemaatregelen in strijd met de huiselijke sfeer en vrijheid van de cliënt. De doelstelling van hygiëne maatregelen is natuurlijk om verspreiding van ongewenste micro organismen te minimaliseren tot een aanvaardbaar niveau, maar niet ten koste van alles. Er is dus nog werk te doen hierin. Met name het beter toespitsten van isolatiemaatregelen op de wensen en de risico’s van de cliënt. Kijken wat de wensen van de cliënt zijn in het kader van vrijheid. Wil de cliënt graag naar buiten, of heeft deze behoefte aan gezelschap bij het eten. De kunst is dan om de preventieve maatregelen zo te specificeren voor de cliënt, dat deze zo min mogelijk gehinderd wordt in de vrijheid die door deze cliënt belangrijk gevonden wordt. Zo is het dragen van dienstkleding of burgerkleding in de afweging van infectiepreventiemaatregelen tegenover de huiselijke sfeer ook met enige regelmaat een discussiepunt.

Vaak niet gecontroleerd of isolatie opgeheven kan worden

Cliënten kunnen een BRMO van zelf weer kwijtraken. In dat geval kunnen de isolatiemaatregelen weer opgeheven worden. Maar – op basis van de Zorg voor Beter enquête – lijkt het dat bijna de helft (45%) van de cliënten er niet zeker van kan zijn dat zij terecht in isolatie verpleegd worden. Om hierachter te komen zijn controlekweken nodig. Ik adviseer om één maal per drie maanden in de status de afname van controlekweken te noteren. Wanneer een cliënt na een jaar nog steeds drager is, zou deze controlefrequentie terug gebracht kunnen worden naar twee maal per jaar. Daarmee geef je het mogelijk opheffen van de isolatiemaatregelen een eerlijke kans. Implementatie van deze actie zou zowel voor de cliënt als voor de medewerkers minder isolatiedagen kunnen betekenen en is daarmee zeker de moeite waard!

LEES MEER

Antibioticaresistentie in verpleeghuizen en thuiszorg

Resultaat enquête BRMO-maatregelen in verpleeghuizen

Heb je het afgelopen jaar te maken gehand met extra maatregelen in verband met BRMO?

Vijf tips voor goede infectiepreventie in het verpleeghuis

Volgens IGZ is de infectiepreventie in verpleeghuizen nog steeds onvoldoende. Deskundige infectiepreventie Charlotte Michels heeft gezamenlijk met de Zorggroep Apeldoorn e.o. een nieuw e-learningpakket ‘Infectiepreventie in verpleeghuizen en woonzorgcentra’ ontwikkeld. Dit pakket bestaat uit vijf modules. Bij elke module geeft ze een tip voor verzorgenden ig.

Vijf tips voor goede infectiepreventie in het verpleeghuis
Foto: Wim van Ophem

1. Persoonlijke hygiëne en persoonlijke beschermingsmiddelen: ‘Het is belangrijk om te weten wanneer je handschoenen aandoet. Áls verzorgenden handschoenen aandoen, stappen ze vaak in de valkuil dat ze de handschoenen te lang aanhouden. Je trekt handschoenen aan als je in aanraking komt met besmet materiaal, zoals sputum, feces of urine. Hierna trek je je handschoenen direct uit, en raak je er dus geen lichtknopjes of kastjes mee aan. Want dan kun je de omgeving besmetten en vervolgens weer je handen als je  zonder handschoenen aan het lichtknopje zit.’

2. Handhygiëne: ‘De volgorde van het inwrijven van de handen met zeep, telt zes stappen. Vaak slaan verzorgenden in de haast hiervan er wel twee over.’ Klik hiervoor het complete stappenplan. Het is ook belangrijk om te weten wanneer je handalcohol of zeep gebruikt voor handhygiëne. Verzorgenden hebben de neiging om te weinig tijd te nemen voor het handen wassen. Hiervoor is handalcohol een uitkomst: als je geen zichtbaar vuil op je handen hebt, kun je handalcohol gebruiken, en –terwijl je hiermee je handen inwrijft- van de wastafel naar je volgende cliënt lopen. Als je wél zichtbaar vuil op je handen hebt, zul je je handen met water en zeep moeten wassen. Het zichtbare vuil maakt de bestanddelen in de handalcohol namelijk onwerkzaam en daarnaast heeft handalcohol geen reinigende werking, het desinfecteert alleen maar en haalt geen vuil weg.’

Lees ook: 8 tips voor nauwkeurig verpleegkundig rekenen

3. Reiniging en desinfectie: ‘Je hebt verschillende desinfectantia om zaken mee te desinfecteren. Het is van belang om te weten wanneer je deze gebruikt. Als een cliënt met diarree op de postoel heeft gezeten, maak je deze postoel niet alleen schoon met een normaal reinigingsmiddel, maar neem je hem ook af met een doekje met alcohol. Want de diarree wordt bijvoorbeeld veroorzaakt door Salmonella, en je wil niet dat de volgende die op de postoel gaat zitten hiermee besmet raakt.’

4. Isolatie: ‘Als in een verpleeghuis een uitbraak met bijvoorbeeld een norovirus heerst, is het belangrijk om isolatiekleding te dragen. In veel verpleeghuizen waar ik kom, wordt dat nog niet gedaan. Daarnaast moet je deze kleding in een bepaalde volgorde uittrekken. Je doet eerst je handschoenen uit, dan was je je handen, je doet je masker en schort af, en dan was je nog een keer je handen.’ (Let op: bij noro moeten de handen gewassen worden met water en zeep, omdat norovirus niet dood gaat van handalcohol. In andere gevallen kun je natuurlijk handalcohol gebruiken)

Lees ook: Hygiëne verpleeghuizen nog steeds onvoldoende

5. Opslag steriele medische hulpmiddelen: ‘Scheid steriele materialen zoals wondgazen van niet steriele materialen, door ze op een ander plankje neer te zetten en dit plankje te markeren met ‘steriele materialen’. En hanteer de First in first out-regel: dat wat het eerst verloopt qua datum, zet je vooraan. De langere houdbaarheidsdatum zet je achteraan.’

Voor meer info over de e-learning modules kijk op www.zorgvooraf.nl.